Parodontologie
Bij de parodontologie draait het om het tandvlees en de verankering van tanden en kiezen in het kaakbot.
De aanwezigheid van tandplaque (bacteriën) kan leiden tot een lichte zwelling van het tandvlees, roodheid en bloeding. De diagnose: gingivitis, oftewel ontstoken tandvlees. Nadat de tandarts, mondhygiëniste of preventieassistente de tandoppervlakken reinigt en de patiënt deze goed schoonhoudt, wordt het tandvlees weer gezond.
Maar bij sommige patiënten gaat deze ontsteking dieper dan alleen het tandvlees. Er kan dan botverlies ontstaan rondom tanden en kiezen. Die komen daardoor losser te staan, verplaatsen, en gaan uiteindelijk verloren. Een aandoening die parodontitis heet.
De behandeling hiervan is gecompliceerder dan alleen het schoonmaken van tandoppervlakken. In principe krijgt men het verloren bot niet meer terug – met uitzondering van bepaalde gevallen waar regeneratie mogelijk is. Het doel van de parodontale behandeling is dan ook het onder controle krijgen van de ontsteking, zodat er niet nog meer bot verloren gaat en de gebitssituatie stabiel blijft.
De behandeling
Bij elke controle meten de tandartsen de conditie van uw tandvlees, waarbij uw tandvlees een cijfer krijgt van 1 tot en met 4. Is de score 3 of 4 dan kan dat leiden tot de diagnose parodontitis.
Bij de intake maken we een parodontiumstatus. Hierbij meten we per gebitselement de diepte van de pockets (de smalle ruimte tussen tandvlees en tand of kies), de plaats van het tandvlees, de toegankelijkheid van de wortelsplitsingen, bloedingen enzovoort. Verder nemen we van alle gebitselementen kleine röntgenfoto’s om de mate van het botverlies, de stand van de wortel in de kaak, de aanwezigheid van tandbederf en wortelkanaalbehandelingen te beoordelen. Hiervoor rekent de tandarts maximaal 10 röntgenfoto’s.